Heel lang was mijn 150mm f/4 reiskijkertje bijna af, maar vandaag heb ik eindelijk alle puntjes op de i gezet.
Het lichtschildje wordt nu netjes op zijn plek gehouden door stukjes klittenband om de trusses, de rockerbox kiept niet meer voorover d.m.v. een centrumbout-met-veer vanaf de onderkant (zoals bij een vangspiegelhouder), er is een houdertje voor de reddot finder, en voor de hoofdspiegel heb ik een stofdekseltje gemaakt – zo hoef ik de kijker niet steeds af te breken en kan ik ‘m gewoon na afloop opgebouwd op de kast parkeren. Tot slot heb ik het balanselastiek wat getweakt zodat de telescoop met mijn zware LVW’s van horizon tot zenit in balans is, zonder bij te hoeven te stellen.
Meer foto’s: Lees verder
Maandelijks archief: december 2015
Ultra-lage en ultra-goedkope helical focuser
Voor een nieuw reiskijkertje (20cm f/4) heb ik een nieuwe 1.25″ focuser gemaakt van het binnenwerk van een oud camera-objectief en een standaard 2″ naar 1.25″ adapter. Het doel was om een zeer lichte en vooral zeer lage focuser te maken om mijn 3 Vixen LVW’s zo dicht mogelijk bij de vangspiegel kunnen krijgen.
De buitenste ring heeft aan de vangspiegelzijde een klein flensje. Hierdoor kan je de focuser straks eenvoudig vanuit de binnenkant in een 15mm dik focuserplankje gemonteerd worden. Hierdoor komt de schouder van het de volledig ingedraaide focuser slechts 10mm boven het plankje uit. Dat zou ik met een HC-2 of HC-1 niet redden. Omdat de focuser maar heel kort is (een travel van maar 15mm – genoeg voor al mijn LVW’s ) zal hij zelfs volledig ingedraaid niet in de lichtweg van de spiegel komen.
De afstand van brandvlak tot aan de vangspiegel kan met deze focuser i.c.m. LVW’s tot 135mm worden gereduceerd! En daardoor is een 40mm vangspiegeltje straks groot genoeg voor een meer dan voldoende verlicht beeldveld in mijn 22mm 65gr LVW – een obstructie van maar 20%! (voor een 20cm f/4 is dat heel weinig)
Schets: Monsterstelsel NGC 253 – La Palma
Toch wel één van de mooiste aanblikken die je in de astronomiehobby kan krijgen: NGC 253, het grote Sculptorstelsel, door een grote telescoop, in een 100 graden topoculair (eeuwige dank aan Michael voor het lenen), op een toplocatie: de hoogste toppen van La Palma. Wat een enorm ding! Helder, maar de helderheid is veel egaler verdeeld over het hele stelsel dan bij bijvoorbeeld M31. De term “mottled” lijkt uitgevonden voor dit stelsel. Vlokkerige plekjes in een subtiele spiraalvorm, maar zonder armen. Een soort beginnende draaikolk. Geen idee hoe je dit het best moet omschrijven, maar het lijkt alsof je het monsterstelsel voor je ogen ziet draaien. Veel voorgrondsterren. Wat mooi wat mooi wat mooi wat mooi!
Meer dan een uur heb ik in de allerlaatste (en beste) waarneemnacht nabij Pico de la Cruz zitten pielen met een potlood en een fijnschrijver om zoveel mogelijk detail in het stelsel zelf te tekenen, maar tegelijkertijd ook geprobeerd om alles “zacht” te houden. Omdat grote stervelden supernauwkeurig tekenen nou niet bepaald mijn hobby is, zijn alleen de helderste sterren en sterpatronen nauwkeurig geplaatst. De grote hoeveelheid zwakkere sterren zijn een beetje “op gevoel” geplaatst, en meer een indruk van de werkelijkheid.
Schets: NGC 891
Het laatste object van de prachtige waarneemnacht van zondag 11 op maandag 12 oktober was het sterrenstelsel NGC 891. Bizar genoeg had ik nog nog nooit eerder de stofband gezien, maar deze avond was hij gewoon makkelijk te zien. Met wat moeite was zichtbaar dat de band net niet voor het midden van het stelsel langs liep, maar heel iets richting de noordwestzijde. Een voorgrondsterretje stond exact “in” de stofband. Echt een supermooi object, een aanrader voor grote kijkers.
Schets: De zomermelkweg vanaf de top van La Palma
Tijdens de laatste waarneemavond op La Palma (afgelopen augustus) stond ik met mijn 35cm Dobson naast Pico de La Cruz. Op 2200m hoogte, in mijn uppie, doodstil en pikkedonker. Een waanzinnig mooie stek met uitzicht tot op de zuidelijke horizon, maar ook een zeer open windgevoelige plek. Die avond begon volledig windstil, maar helaas stak al vrij snel na de eerste telescoopwaarneming opeens een fikse noordenwind op. De dikke atlas waaide zowat weg en de kijker werd een windvaan, zelfs zonder lichtschild. De knalheldere hemel in combinatie met het gehuil van de wind om de rotsen was supergaaf, maar waarnemen was even geen optie.
Ik besloot daarom te schuilen in een klein nisje, net over de rand van de Caldera. Daar kon ik heerlijk beschut tegen de wind, liggend met mijn rug tegen de rotswand genieten van het uitzicht (en een meegebrachte Duvel). De Melkweg was echt krankzinnig spectaculair, in de Caldera hing een beetje nevel, en ik bedacht me dat ik daar best een tekeningetje van kon maken. Ik haalde mijn tekenspulletjes op, kroop weer lekker in mijn beschutte nisje en heb daar in ongeveer 45 minuten onderstaande schets gemaakt.
Vrijwel alle getekende stukjes La Palma-Melkweg zijn vanuit Nederland onzichtbaar, ofwel omdat ze niet boven de horizon komen, ofwel verdrinken in de lichtvervuiling. Hier was het een waanzinnig schouwspel. De Dark Horse Nebula was makkelijk herkenbaar als donker stofpaardje tussen Schutter en Schorpioen, maar ook de lange uitlopers van de voorpoten richting Antares, welke ik alleen van foto’s kende, waren perifeer zichtbaar. De Melkweg maakt boven Schorpioen sowieso een enorme uitstulping naar het westen – de gloed was herkenbaar tot net voor bij Antares. De grote maar zwakke uitloper naar Slangendrager was ook zichtbaar, bovenin de schets.